Kunst is geld (2)

 

Al eeuwenlang zijn er pogingen gedaan om te definiëren wat kunst is. Was het vroeger een uiting van schoonheid, ambacht, uniciteit of individualiteit, anno nu komen we in een nieuwe werkelijkheid: kunst is geld!

 

1.     De prijzen op veilingen voor bekende kunstwerken zijn nog nooit zo hoog geweest.

Is dat een van de vele “bubbels” die binnenkort op klappen staat? Dat weet je pas achteraf, maar je kunt beter beleggen in kunst dan in de beurs, dat is wel duidelijk.

 

2.     De grote kunstevenementen worden georganiseerd door curatoren. En ik mag het natuurlijk niet hardop zeggen, maar hun selectie is wel zodanig dat ‘de markt’ een belangrijke factor is bij hun keuze. Ben je een beetje bekend, dan heb je potentieel, word je geselecteerd dan kan de prijs omhoog.

 

3.     De markt vertoont een patroon van “self fulfilling prophecy”: kunstenaars maken werk waar vraag naar is. We krijgen zo vanzelf een ‘trend’ van meer aanbod = trend = meer vraag.

 

4.     De subsidies in de kunstsector worden gestuurd op inhoud. Voor de komende jaren wordt een subsidie gekoppeld aan de mate waarin het thema “diversiteit” tot uiting komt.
Ook dat heet marktwerking: niet de kunstenaar maar de "sector" bepaalt de koers. “wij vinden dat de markt toe is aan meer diversiteit op het gebied van ras, gender, religie, en andere humanitaire variabelen.”

 

5.     De prijs van een schilderij wordt bepaald door een vaste factor: oppervlakte x tarief.
Het tarief is gerelateerd aan de ‘positie’ die je inneemt op de markt. Van nieuwkomer tot gevestigd kunstenaar.
Maar hoe wordt het werk van een nieuwkomer op 'waarde' geschat?

 

6.     Galeries vragen een ‘opslag’ van 30% tot 40%. Of zij werkelijk toegevoegde waarde bieden is de vraag. Maar ook hun selectie is honderd procent gericht op een potentieel publiek.

 

Het idee dat een kunstwerk een individuele expressie, een vernieuwende stijl, een ambachtelijk topstuk of gewoon oogstrelend mooi is, dat is helaas veel minder van belang.
Het is vrij eenvoudig te concluderen dat de kunstenaar zelf hier de vruchten niet van plukt. Het blijft hard werken voor weinig geld. Als we alleen de kunstenaars zouden tellen die ervan kunnen leven, dan zou het een zeldzaam beroep zijn.

 

Een andere, wellicht betere, conclusie is, dat er zoveel kunstenaars zijn die unieke, individuele en oogstrelend mooi werk maken dat echte kunst voor een redelijke prijs binnen handbereik is.
En echte kunstliefhebbers kopen niet om te beleggen, maar om te genieten. Laat vraag en aanbod dus niet aan ‘de markt’ over, maar laten vraag en aanbod elkaar persoonlijk ontmoeten. 

Dit werk van Jackson Pollock , getiteld Nr 5 (1984), stond maar liefst vijf jaar als nummer 1 in de lijst van duurst verk0ochte kunstwerken ooit. Prijskaartje: $ 109 miljoen. 
Voor een beetje minder is er veel werk te koop wat er op lijkt. Of doe het zelf...?

Dit werk van Willem de Kooning werd in 2015 voor $ 266 miljoen verkocht op een veiling. Het werd gezien als een belangrijke overgang in zijn werk naar abstract expressionisme.  

 

Het is niet moeilijk om werken te vinden die een grote gelijkenis hebben met deze stijl. Dat zijn beslist niet de mindere kunstenaars met een kopiedrift. Het kan even bevlogen en gepassioneerd zijn. 

Kunst koop je niet op waarde, kunst koop je uit waardering.

Reactie schrijven

Commentaren: 0